Oefenen, oefenen, oefenen ... Spelling moet je doen!
Woordpakket 16: ou of au?
Woordpakket 15: ng of nk?
Woordpakket 9: aai, ooi, oei
Woordpakket 8: ei of ij?
Wij kennen een trucje dankzij Heidi de kip.
Wanneer het woordje in het ei-lied komt,
schrijven we een ei.
Horen we het woordje niet in het liedje,
dan schrijven we het woord met een ij.
Voor wie nog even wil oefenen of gewoon zin heeft in een liedje:
Wij kennen een trucje dankzij Heidi de kip.
Wanneer het woordje in het ei-lied komt,
schrijven we een ei.
Horen we het woordje niet in het liedje,
dan schrijven we het woord met een ij.
Voor wie nog even wil oefenen of gewoon zin heeft in een liedje: